Besmetting met het RS virus
Het RS virus is erg besmettelijk. Het wordt overgebracht door kleine druppeltjes in de lucht of via lichamelijk contact. Je kunt een ander besmetten door te niezen of hoesten, maar ook via de handen wordt het makkelijk overgedragen. Het virus kan ook urenlang overleven op voorwerpen zoals speelgoed, leuningen en zakdoeken.

Van kind tot kind
Heb je meerdere kinderen? Dan kan het ene kind het andere gemakkelijk besmetten. Ook op de crèche of peuterspeelzaal kan je kind met het virus in aanraking komen. Je kunt op zich dus weinig doen om besmetting te voorkomen. Meestal is het RS virus onschuldig, maar let op de symptomen.
Kinderen met verhoogd risico
Hoe jonger je kind, hoe meer risico het loopt. Daarnaast zijn er bepaalde risicogroepen, die van bronchiolitis heel ziek kunnen worden. Deze kinderen worden eerder opgenomen in het ziekenhuis:
- Vroeg geboren kinderen (jonger dan 37 weken) in het eerste levensjaar
- Kinderen jonger dan zes weken
- Kinderen met een bepaalde ziekte, zoals ernstige aangeboren hartafwijking, longziekte of afweerstoornis
- Roken bij je baby maakt hem vatbaarder voor het RS virus

'Het begon met hoesten en verkoudheid, maar toen hij ook ging spugen en erg benauwd werd, zijn we gelijk naar het ziekenhuis gestuurd'
Eaen kreeg met zeven weken het RS virus
Op welke symptomen moet je letten?Opnieuw ziek?
Als je kind een infectie met het RS virus heeft doorgemaakt, dan biedt dat geen blijvende bescherming. Dit betekent dat het RS virus hetzelfde seizoen of in de jaren erna kan terugkomen, maar meestal in een mildere vorm.
Meer over het RS virus
-
Symptomen
Lees verderHet begint met een loopneus of lichte temperatuursverhoging, zoals bij een gewone verkoudheid.
-
Behandeling
Lees verderEr is geen specifieke behandeling tegen het RS virus. De meeste infecties gaan vanzelf over.
-
Wat kun je zelf doen?
Lees verderHet is naar om te zien dat je kind ziek is. Gelukkig kun je zelf een aantal dingen doen.
Longontsteking of RS virus bij je kind?
Het RS virus en een longontsteking komen veel voor bij jonge kinderen. Waar moet je op letten en wanneer moet je echt naar de huisarts?
Lees het in deze folder