NTM-infectie

NTM staat voor Niet-Tuberculeuze Mycobacteriën. Een NTM-infectie is nog redelijk onbekend, maar kan lang duren en leiden tot blijvende longschade.

Afro-Amerikaanse man in wit t-shirt met baard en bril

Wat zijn Niet-Tuberculeuze Mycobacteriën (NTM)?

Niet-Tuberculeuze Mycobacteriën (NTM) is een verzamelnaam voor een groep bacteriën. Het gaat om zogenaamde mycobacteriën. De mycobacterie die tuberculose veroorzaakt is een ander soort mycobacterie.

Er bestaan meer dan 150 verschillende soorten niet-tuberculeuze mycobacteriën. We komen allemaal op dagelijkse basis in aanraking met deze NTM. Ze komen bijvoorbeeld voor in (kraan)water en de bodem van tuinen en parken. Deeltjes kunnen ook in de lucht zweven. Je komt er dus makkelijk mee in contact en kunt ze ook in je longen krijgen.

Slechts een paar van deze 150 bacteriën kunnen een infectie bij mensen veroorzaken. Een NTM-infectie is nog redelijk onbekend, maar wordt door beter onderzoek steeds vaker ontdekt. Op dit moment komt de ziekte bij 1 op de 10 duizend mensen in Nederland voor.

De ziekte kan lang duren en erger worden. Het kan leiden tot blijvende longschade.

Wie loopt risico op een NTM-infectie?

Omdat de bacteriën in het dagelijks leven voorkomen, komt ieder mens er mee in contact. Een gezond persoon wordt meestal niet ziek van NTM. Mensen met een chronische longziekte zoals COPD, astma en bronchiëctasieën (BE) lopen wel een groter risico op een NTM-infectie. Vooral als je een van deze longziekten hebt én wat ouder bent en/of rookt. Gelukkig is het ook dan nog steeds een zeldzame infectieziekte.

Welke klachten en symptomen heb je bij een NTM-infectie?

De symptomen van een NTM-infectie lijken vaak op die van andere longzieken.

Denk aan klachten als:

  • Hoesten (soms met slijm of bloed)
  • Vermoeidheid
  • Kortademigheid
  • Koorts en nachtzweten (een hogere lichaamstemperatuur)
  • Gewichtsverlies en minder zin in eten

Als je deze longklachten hebt en je medicijnen werken niet, kan het zijn dat je een NTM-infectie hebt.

Diagnose

Om te zien of je een NTM-infectie hebt, doet de arts een lichamelijk onderzoek. Daarnaast moet je slijm ophoesten, zodat gekeken kan worden of daar NTM in zitten. Soms is er ook een bronchoscopie nodig.

Heb je een NTM-infectie? Dan zijn er verschillende behandelingen mogelijk.
Denk aan behandelingen die helpen de afweer van je longen beter te maken zoals antibiotica. Ook het schoonhouden van je longen door slijm ophoesten of vernevelingen kan onderdeel zijn van de behandeling. Als je rookt, is stoppen belangrijk.

Meestal blijft de ziekte beperkt tot alleen een longziekte. Heb je een ernstige afweerstoornis dan kan de NTM ook buiten de longen voorkomen.

Wat kun je zelf doen?

Denk je dat je misschien een NTM-infectie hebt? Ga dan naar je dokter en vertel over je klachten. Als je een NTM-infectie hebt, is het goed dit zo vroeg mogelijk te weten. Je kunt dan op tijd worden doorverwezen. Dan start de behandeling zo snel mogelijk en heb je de beste kans om ergere longschade te voorkomen.

Goed om te weten: een NTM-infectie kun je niet doorgeven. Je bent dus niet besmettelijk.

Waar vind ik meer informatie?

Gratis nieuwsbrief

✔ Alles over behandeling van longziekten
✔ Laatste ontwikkelingen in onderzoek
✔ Tips om je longen gezond te houden

Ruim 100.000 mensen gingen je voor!

Stuur mij nieuws en tips
E-nose